Wat weet jij over de dood?

 

 

Wat kunt u mij zeggen over dood? Deze zin komt voor in de nieuwe reclame

van Yarden en ik vind hem wel intrigerend.

 

Het komt er natuurlijk een keer van, onze sterfelijkheid, ofwel de dood.

 

Dit schrijf ik met een dubbel gevoel, want de aanleiding is dat ik op 21 januari mijn grote honden vriend en leraar ‘Joe’ heb moeten laten inslapen. Een besluit wat mij zwaar viel omdat het je dwingt tot een besluit over het leven en dood van een ander wezen.

 

Dood gaan we allemaal. De vraag is echter, wat zijn je overtuigingen en hoe ga je ermee om?

 

Hoewel ik het vreselijk vond om de knoop door te hakken, heb ik er volkomen vrede mee dat zijn lichaam de rust gevonden heeft die het zocht. Zijn energie is, hoewel het zachter en subtieler wordt, nog aanwezig.

 

Eenmaal gestorven is er rust en volkomen éénheid met de bron voor de gestorvene. Wanneer je als achterblijver niet de verbinding met de bron ervaart, kan de dood van een dierbare een behoorlijk gat laten vallen.

 

Zelf ervoer ik een verschuiving in de energie toen mijn hond overleed. Ik voelde het fysiek hoe alle moleculen een nieuwe plek leken te krijgen. Zich afstemmend op de nieuwe situatie.

 

Toch kan de dood in vele gedaanten verschijnen, want naast het fysieke sterven kun je het verlies van een baan, het scheiden van een geliefde, of juist het afgescheiden zijn van je bron ook als sterven ervaren.

 

Ik heb in januari veel losgelaten en afscheid genomen. Van mijn dierbare hond Joe, een website die niet meer voor mij werkte, van ideeën en oude vormen van wie ik was om opnieuw geboren te mogen worden in wie ik ben en wil zijn.

 

Ik denk regelmatig over de dood, en meer nog over wat er aan de andere kant van het aardse leven is. Daar heb ik altijd een soort van heimwee naar gehad en de dood zelf is slechts een deur waar je doorheen moet om er te komen.

 

In mijn leven ben ik op een aantal bijzondere manieren met de dood in aanraking gekomen en mijn lichamelijke reactie op het sterven van een dierbare is op z’n minst bijzonder te noemen.

 

De eerste keer dat ik me van een sterven bewust was, was van een huisdier. Het beestje stierf, dat was normaal, je groef een klein grafje in de tuin, bedje gemaakt, beestje erin, bloemetjes erop, aarde eroverheen en klaar.

 

De 2e keer was van ‘Tante’ Suze en kort daarna haar man ‘Ome’ Klaas. Zij waren niet echt familie, maar als kind kwam ik heel graag bij deze lieve zachtaardige creatieve wijze mensen. Ze waren hier klaar gingen allebei prachtig in hun slaap. Ze hadden een enkeltje richting huis. Ik hield van ze, het was goed en heb geen traan hoeven laten.

 

Ik zal 16 of 17 zijn geweest toen mijn oma stierf. Zij had in haar leven veel geleden onder de ‘ms’ die zij had. Zij viel met het theeblad nog in haar handen en was overgegaan voordat ze er erg in had.

Toen ik het hoorde heb ik een uur aan één stuk door gehuild en toen was het volledig over. Ik wist dat ze het goed had.

 

Met mijn opa ging het anders. Mijn opa kon het leven niet loslaten. Hij vocht uit angst om te sterven en god wat ben ik kwaad op hem geweest omdat hij niet kon vertrouwen en de pijn die dat met zich meebracht.

 

Ik heb een grote familie en inmiddels zijn er al een aantal mensen van over gegaan. Met een aantal van hen heb ik na hun overlijden contact gehad en bij allen voelde ik golven van liefde, opluchting en soms verbazing over waarom ze toch zo angstig zijn geweest voor de dood.

 

Laatst had ik met een iemand die mij heel dierbaar is een gesprek over ziek zijn. Hij heeft ‘a.l.s’ en ik vertelde hem over het zelf helende vermogen van het lichaam en hoe ik van ‘bechterew’ ben genezen.

 

Hij zei dat dit niet te vergelijken was, omdat je van ‘a.l.s.’ dood gaat en van ‘bechterew’ niet. Zijn woorden en overtuiging raakte me diep en ik heb hier veel over nagedacht.

 

Het maakt voor het lichaam niet uit of het moet genezen van een ‘gekneusde teen’, van ‘kanker’, ‘bechterew’ of ‘a.l.s.’

Ik schrijf met opzet alle ‘ziektes’ tussen aanhalingstekens en met kleine letters, want het is de betekenis die we eraan hangen die deze woorden zo groot, indrukwekkend en ongeneeslijk maken (behalve dan misschien die gekneusde teen).

 

Voor mij was de diagnose ‘bechterew’ op mijn 20e echter net zo dodelijk als ‘a.l.s.’ Het zou weliswaar veel langer duren voordat ik echt het loodje zou leggen, maar het leven wat ik wilde leven was voorbij en volkomen zinloos als ik niet zou genezen…en dus genas ik!

 

Ik ben ervan overtuigd dat we, wanneer we in overeenstemming met onze ziel en gemotiveerd genoeg zijn, elk geestelijk en lichamelijk probleem kunnen loslaten. Het begint met het je verbeelden dat het mogelijk is, dat er een helende sturende kracht is waar je deel van uitmaakt.

 

Toch kan het zijn dat je klaar bent met deze wereld en verder wilt en uiteindelijk moet het lichaam ergens aan sterven. 

 

We kunnen veel leren van dieren, die zijn hier meesters in. Sterven is voor hun ook een manier om weer heel te worden. 

 

Veel leed kan in ieder geval worden voorkomen als we een mildere kijk zouden krijgen op de doorgang naar nieuwe avonturen die de dood eigenlijk is.